Het kort en middellang ziekteverzuim piekt: nooit eerder sinds het begin van de coronaperiode waren er zoveel afwezigheden korter dan een maand en tussen een maand en een jaar.
In het tweede kwartaal van 2022 piekte het kort absenteïsme (afwezigheid wegens ziekte van minder dan een maand) op 2,54 %. Dit is een stijging met 28,1 % ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder.
Het middellang absenteïsme (afwezigheid tussen een maand en een jaar) steeg ook heel erg in het tweede kwartaal van dit jaar: plus 44,8 % ten opzichte van een jaar eerder. 1,84 % van de werkende Belgen zit tussen een maand en een jaar thuis wegens ziekte. De cijfers zijn afkomstig van Securex, die daarvoor putte uit de data van het sociaal secretariaat.
Opvallend is dat zowel voor het kort als het middellang absenteïsme de stijging bij de bedienden hoger is dan bij de arbeiders. Bij bedienden ging er in het tweede kwartaal van dit jaar 2,23 % van de beschikbare tijd verloren door korte afwezigheden wegens ziekte. Dat is ruim een derde (+34,8 %) meer dan in dezelfde periode van vorig jaar en meer dan dubbel zoveel (+103,40 %) dan in het tweede kwartaal van 2020.
“Deze cijfers zijn zorgwekkend, maar verwonderen ons niet”, klinkt het bij de HR-dienstenleverancier. “Eerder uitgestelde zorg die nu kan plaatsvinden, verklaart zeker een deel van deze toename. Anderzijds worden veel werknemers nu pas echt geconfronteerd met een fysieke en mentale weerslag van de zware coronaperiode. Zo is bijvoorbeeld het risico op burn-out fel toegenomen. Werkgevers en werknemers hebben beiden belang bij open en constructieve dialoog, zeker tijdens de eerste zes maanden van afwezigheid, om de kans op succesvolle terugkeer naar het werkveld zo groot mogelijk te houden.”