Op 30 november 2023 werd een nieuwe richtlijn gepubliceerd die nieuwe regels brengt met betrekking tot de bescherming van medewerkers tegen asbest. De nieuwe regels bevatten aanzienlijk lagere grenswaarden voor asbest en meer nauwkeurige metingen van de blootstellingsniveaus, conform de meest recente technologische ontwikkelingen.
Hoewel asbest in de EU al bijna 20 jaar verboden is, vormt het in oudere gebouwen nog steeds een bedreiging voor de gezondheid van werknemers. De nieuwe regels stellen dat werkgevers ervoor moeten zorgen dat geen enkele werknemer wordt blootgesteld aan een asbestconcentratie in de lucht die groter is dan 0,01 vezel per cm3, berekend als tijdgewogen gemiddelde over een periode van acht uur. De waarde van 0,01 asbestvezel per cm³ is 10 keer lager dan de huidige grenswaarde van 0,1 vezel/cm3.
Na een overgangsperiode van maximaal 6 jaar zullen alle lidstaten elektronenmicroscopie moeten toepassen om het asbestgehalte te meten. Deze nieuwe methode is gevoeliger dan de momenteel gebruikte fasecontrastmicroscopie en kan ook dunne asbestvezels meten. Na de invoering van elektronenmicroscopie hebben de lidstaten 2 opties:
Verder legt de richtlijn een aantal expliciete risicobeheersmaatregelen op, worden de opleidingsvereisten voor verwijderaars aangescherpt (zie nieuwe bijlage Ibis), en worden er een aantal ziekten aan de niet limitatieve lijst van asbestgerelateerde aandoeningen toegevoegd, zoals maag- en darmkanker.
Deze wijzigingsrichtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, dit wil zeggen op 20 december 2023. Ze dient uiterlijk 2 jaar na de inwerkintreding ervan te worden omgezet in nationaal recht.
Om gelijke tred te houden met de wetenschappelijke en technologische vooruitgang zal de richtlijn regelmatig worden bijgewerkt.