De Hoge Raad heeft een nieuw advies gegeven over de vereenvoudiging van de codex voor wat betreft de oprichting van een gemeenschappelijke interne preventiedienst.
Op 15 december 2023 publiceerde de Hoge Raad een advies over het ontwerp van koninklijk besluit dat wijzigingen aanbrengt in de regelgeving met betrekking tot de gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk.
Dit ontwerp van koninklijk besluit heeft tot doel de regels m.b.t. de gemeenschappelijke interne dienst voor preventie en bescherming op het werk (GIDPB) te versoepelen en de administratieve belasting voor werkgevers en voor de overheid te verminderen.
Elke werkgever is verplicht om te beschikken over eigen IDPBW. Het is momenteel mogelijk om hiervan af te wijken door in specifieke gevallen een GIDPB op te richten.
Tot nu toe was er een koninklijk of ministerieel besluit nodig om de oprichting van een GIDPB toe te staan. Deze toestemming brengt een aanzienlijke administratieve last met zich mee (onderzoek van het dossier, bezoek ter plaatse, schriftelijk advies en opstellen van een besluit). Bovendien moet bij elke wijziging in de samenstelling van de GIDPB een nieuwe aanvraag bij de administratie worden ingediend. De huidige procedure heeft een gemiddelde duurtijd van 6 maanden.
Gezien de toegevoegde waarde van de oprichting van een GIDPB (bv. een beter opgeleide preventieadviseur met meer tijd voor preventietaken), stelt dit ontwerp KB een versoepeling voor van de maatregelen in verband met de oprichting en wijziging van een GIDPB.
Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen regels voor het oprichten van kleinere GIDPB en algemene regels voor alle GIDPB.