Op 15 mei 2023 verscheen nieuwe regelgeving tot wijziging van de bescherming tegen represailles vanwege de werkgever op het vlak van discriminatie en geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk.
De aanleiding voor deze nieuwe wetgeving was de zaak Hakelbracht in 2016. Jamina Hakelbracht diende een klacht in bij het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen toen ze niet werd aangenomen omdat ze zwanger was. Een medewerkster die getuigde voor Hakelbracht werd vervolgens ontslagen. Ook zij trok naar het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen. De rechter oordeelde dat ze inderdaad het slachtoffer was van directe discriminatie.
Ze stond verre van alleen met haar ervaring: 1 op 3 vrouwen is minstens één keer het slachtoffer van discriminatie op het werk. Een derde van de meldingen bij het Instituut voor de Gelijkheid van Mannen en Vrouwen komen van moeders, of moeders in spe.
Het Europees Hof van Justitie oordeelde in de zaak Hakelbracht dat het wettelijke beschermingssysteem zoals voorzien in de federale antidiscriminatiewetten ontoereikend is omdat het niet voldoet aan de verplichtingen opgelegd door de Europese richtlijnen. In deze wetten worden enkel die getuigen beschermd die in het kader van een officiële klacht een schriftelijke getuigenverklaring hebben afgelegd. Volgens het Hof beoogt de richtlijn echter de bescherming van werknemers die de beschermde persoon hebben verdedigd of in zijn voordeel hebben getuigd, en dit zowel formeel als informeel.
Hoe vinden we onze weg in het labyrint van discriminatie- en seksismewetgeving die op 7 april 2023 nog eens grondig werd dooreengeschud? Wat met de bescherming van getuigen die steun boden aan slachtoffers van discriminatie? En hoe zit het met de vergoeding van de schade?
Volg het Prebes webinar voor een heldere toelichting aan de hand van de meest recente casussen uit de rechtspraak.