Aanwezigheidsregistratie op bouwwerven

Wet van 8 december 2013

Vanaf 1 april 2014 is het volgens de wet van 8 december 2013 en het KB van 11 februari 2014 verplicht om de aanwezigheid op grote tijdelijke of mobiele bouwplaatsen te registreren. Dat wanneer op een bouwplaats werken in onroerende staat worden uitgevoerd en wanneer de totale waarde van de werken 800.000 Euro (excl. BTW) of meer bedraagt. Voor werken die begroot worden op een bedrag onder 800.000 Euro is dus geen aanwezigheidsregistratie nodig. Voegt men echter een nieuw contract toe en overstijgen de totale kosten van de werken op een bepaald moment de limiet van 800.000 Euro, dan is registratie vanaf dat moment verplicht.

Voor werken die begroot worden op een bedrag onder 800.000 Euro is dus geen aanwezigheidsregistratie nodig. Voegt men echter een nieuw contract toe en overstijgen de totale kosten van de werken op een bepaald moment de limiet van 800.000 Euro, dan is registratie vanaf dat moment verplicht.

Deze wet kadert o.a. in het actieplan van de regering tegen sociale dumping van 28 november vorig jaar. Dit operationeel actieplan omvat een reeks maatregelen om efficiënter en strenger op te treden tegen deze belangrijke inbreuken op onze sociale en arbeidswetgeving en tegen de frauduleuze structuren erachter.

Om dit systeem beter te begrijpen, moet je ook eerst het begrip “werken in onroerende staat” en “voorafgaande kennisgeving”, beter bekend als DUC melding, volgens art. 30 bis en ter van de RSZ-wetgeving kennen.

Worden eveneens bedoeld, in de mate dat zij geen werk in onroerende staat zijn:

  • Iedere handeling die tot voorwerp heeft zowel de levering als de aanhechting aan een gebouw.
    • van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een installatie voor centrale verwarming of airconditioning, daaronder begrepen de branders, de reservoirs en de regel- en controletoestellen verbonden aan de ketels of aan de radiatoren;
    • van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een sanitaire installatie van een gebouw en, meer algemeen, **van alle vaste toestellen voor sanitair of hygiënisch gebruik aangesloten op een waterleiding of een riool;
    • van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een elektrische installatie van een gebouw, met uitzondering van toestellen voor de verlichting en van lampen;
    • van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een elektrische belinstallatie,van brandalarmtoestellen, **van alarmtoestellen tegen diefstal en van een huistelefoon;
    • van opbergkasten, gootstenen, gootsteenkasten en meubels met ingebouwde gootsteen, wastafels en meubels met ingebouwde wasbak, zuigkappen, ventilators en luchtverversers waarmee een keuken of badkamer is uitgerust;
    • van luiken, rolluiken en rolgordijnen die aan de buitenkant van het gebouw worden geplaatst;
  • Iedere handeling die tot voorwerp heeft zowel de levering van wandbekleding of vloerbedekking als de plaatsing ervan in een gebouw, ongeacht of die bekleding of bedekking aan het gebouw wordt vastgehecht of eenvoudig ter plaatse op maat wordt gesneden volgens de afmetingen van de te bedekken oppervlakte;
  • Ieder werk dat bestaat in het aanhechten, het plaatsen, het herstellen, het onderhouden en het reinigen van goederen zoals hierboven bedoeld.

Daarnaast zijn de meldingen voor asbest, duikwerkzaamheden en zandstralen, zonder geldelijke limiet ook opgenomen in de werken van onroerende staat.

De aannemer, op wie de opdrachtgever beroep doet, moet alvorens de werken aan te vatten, aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid alle inlichtingen verstrekken die nodig zijn om de belangrijkheid van de werken te ramen en er de opdrachtgever en, in voorkomend geval, in welk stadium ook, de onderaannemers van te identificeren. Deze werkmelding, vóór de opening van de bouwplaats, dient te gebeuren voor elk werk vanaf 30.000 Euro of bij het werken met onderaannemers. Deze verplichting is niet van toepassing op de aannemers die een beroep doen op slechts één onderaannemer voor werken waarvan het bedrag (exclusief BTW) lager ligt dan 5.000 Euro. Dit was in het verleden ook al het geval. Nu is echter de grens van 25.000 Euro naar 30.000 Euro opgetrokken.

Concreet komt het er op neer dat iedereen die werken op een grote werf komt uitvoeren zich eerst zal dienen te registreren via een elektronisch aanwezigheidsregistratiesysteem bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) vóór hij/zij de werf betreedt. Dit systeem noemt CHECKINATWORK. In aansluiting hierop is een positief ontvangstbewijs vereist. Aanwezigheidsregistratie is niet enkel bedoeld voor werknemers van Belgische ondernemingen maar ook zelfstandigen en buitenlanders moeten geregistreerd worden.

Om te weten of de drempel van 800.000 Euro gekend is dient de eerste aannemer, hij die de werfmelding zal doen, dit na te vragen bij de bouwheer. De (hoofd)aannemer zal zijn werknemers dan de instructie geven om hun aanwezigheid te registreren. Eveneens zal hij de tussenkomende partijen zoals onderaannemers op de hoogte dienen te brengen van het feit dat aanwezigheidsregistratie verplicht is. Zoals hiervoor aangegeven is het dus niet de grootte van de onderneming die er toe doet maar de grootte (waarde) van de bouwplaats die bepaalt of registeren verplicht is. Een goede communicatie tussen alle betrokken actoren is dus onontbeerlijk. In principe heeft de volledige keten van aannemers en onderaannemers zicht op de aanwezigheidsregistratie, met uitzondering van de gegevens rond geldelijke bedragen. Wordt het bedrag van 800.000 Euro slechts op het einde overschreden door vb. meerwerken, dan geldt de aanwezigheidsregistratie pas vanaf de moment dat de 800.000 Euro is overschreden en dan ook nog enkel voor deze aannemers die tussenkomen tot oplevering van de werf. Voor raamcontracten wordt de waarde van het contract op jaarbasis in rekening gebracht.

Er is geen specifiek registratiemiddel opgelegd. De RSZ stelt een aantal mogelijkheden ter beschikking en het is iedere aannemer die voor zichzelf moet uitmaken welk middel voor hem het meest geschikt is. Volgende methodes zijn voorzien als registratiesysteem:

  • Desktop
  • Smartphone of tablet
  • Gateway op de bouwplaats
  • Eigen systeem

Het systeem van desktop kan gebruikt worden door een aannemer voor de registratie van de eigen werknemers. Deze applicatie is terug te vinden op de portaalsite van de RSZ. Als tweede mogelijkheid is er een toepassing beschikbaar voor de registratie van alle betrokkenen, en dit op de bouwplaats zelf, ongeacht de werkgever. Om via deze gateway te werken dient op de bouwplaats een pc met een e-ID-lezer beschikbaar te zijn. Als derde mogelijkheid is er een app voor smartphone of een tablet waarmee werkgevers of werknemers zichzelf kunnen registreren. Tenslotte zal men gebruik kunnen maken van eigen systemen zoals bijvoorbeeld het gekende Track & Trace systeem. Het systeem moet dan een verbinding maken met de webservice van de RSZ en zal de juiste gegevens moeten registreren. De leverancier van het ‘eigen systeem’ moet er dan voor zorgen dat zijn systeem compatibel is en de nodige waarborgen biedt.

Let op; het is mogelijk dat op een bepaalde bouwplaats de bouwdirectie belast met de uitvoering (hoofdaannemer) het gebruik van een specifiek registratieapparaat oplegt. Dit door bijvoorbeeld het systeem van gateway op de werf zelf. Hij is dit is evenwel niet verplicht maar dan moet er onderling worden overeengekomen dat de onderaannemer een gelijkwaardige registratiewijze toepast. De onderaannemers die op hun beurt een beroep doen op een onderaannemer dienen hen contractueel te wijzen op hun verplichting om alle gegevens betreffende aanwezigheid daadwerkelijk en correct te registreren alsook op hun verplichting om deze gegevens naar de gegevensbank door te sturen. De hoofdaannemer moet er wel op toezien dat zijn onderaannemers de aanwezigheids-registratie correct toepassen. Hiervoor kan hij via een raadplegingsapplicatie te allen tijde de gegevens van de op de betrokken arbeidsplaats geregistreerde personen raadplegen.

Je kunt registraties ook voorafgaand ingeven voor verschillende dagen. Deze anticipatieve registratie kan gebeuren met een maximum van eenendertig kalenderdagen voorafgaand aan de werken. Wanneer een werknemer toch geen werken zal uitvoeren op een bepaalde vooraf ingegeven dag kan deze registratie worden geannuleerd tot op het einde van de dag waarop ze betrekking heeft. Als aanwezigheidsregistratie verplicht is voor een bouwplaats, dan is ook altijd een werkmelding aan de RSZ verplicht. Op het moment van het melden wordt immers aan de bouwplaats een werknummer toegekend en het is met dit nummer dat de bouwplaats geïdentificeerd zal worden bij het registreren van de aanwezigen. Ook hier is een goede communicatie weer heel belangrijk want het is dit werknummer dat bij alle betrokkenen gekend zal moeten zijn. Het werknummer moet dus meegedeeld worden aan alle actoren die tussenkomen op de bouwplaats.

Voor iedere persoon waarop aanwezigheidsregistratie van toepassing is dienen volgende gegevens minimaal geregistreerd te worden:

  • De gegevens van de betrokken persoon. Voor een werknemer of een uitzendkracht is dit zijn rijksregisternummer en het KBO-nummer van zijn werkgever. Voor een zelfstandige gaat het over zijn rijksregisternummer en het KBO-nummer van de firma voor wie hij optreedt. Voor een buitenlander tenslotte het nummer van het meldingsbewijs L1 van Limosa.
  • De plaats van tewerkstelling via het werknummer dat is toegekend bij de aangifte van de werken aan de RSZ.
  • Het tijdstip van registratie dat automatisch door het systeem zelf zal worden geregistreerd. Indien je voorafgaand registreert dan moet de datum van de effectieve aanwezigheid opgegeven worden.

Let op; Deze wet zegt niet dat iemand zich moet afmelden als hij de bouwplaats verlaat. Het gaat er dus enkel om dat iemand zich (dagelijks) registreert alvorens de werf te betreden. De verplichting tot registratie stopt bij de voorlopige oplevering van de werken of wanneer de contractuele relatie een einde neemt.

Voor meer informatie of uitwisseling van gedachten, ideeën, enz… verwijzen wij u graag verder naar het Forum of de LinkedIn groep Prebes. Ook kan u terecht op de website van de Sociale Zekerheid

Meer info op Wikiprebia

Checkinatwork
Contactcenter Eranova
checkinatwork@eranova.fgov.be
Tel : 0032 2 290 28 44