Voor deze studienamiddag op 10 oktober trokken preventieadviseurs opnieuw massaal naar het Provinciehuis Boeverbos. Drie eminente sprekers gaven ons tekst en uitleg bij de onderstaande vragen
- Hoe zit het nu juist met die chemische agentia?
- Wat moet ik nu eigenlijk doen, ben ik wel in orde?
- Een inventaris, hoe begin ik er aan?
- Risico’s evalueren, een (e)-sds ook iets voor mij?
De toon werd direct gezet, uit recente inspectiecampagnes blijkt immers dat bij veel bedrijven de schriftelijke risicoanalyse niet bestaat. Het is duidelijk er is “werk aan de winkel !”.
Startpunt is weten wat er is :het opmaken van de inventaris. Dit vraagt echter de medewerking van de leidinggevenden, je moet “samen in het bad” en onderweg moeten ook “de kasten open”. Het lijkt plastisch maar het is de realiteit. Je hebt samenwerking nodig om uiteindelijk alle aanwezige producten in kaart te brengen. Het positieve hieraan is dat je nog eens een grote opruimactie kan houden in overbodige zaken.
Weet je eenmaal wat je in huis hebt, dan moet je ook zorgen voor de recente SDS voor deze producten. Deze bevatten immers de noodzakelijke informatie om uw risicoanalyse te voeden.
In hun verdere toelichting besprak iedere spreker hoe een risicoanalyse kan opgebouwd worden, vertrekkende van het gevaar eigen aan het product en de blootstelling eigen aan het proces waar dit wordt gebruikt.
Wat betreft de extended SDS is het toch belangrijk te weten dat je binnen de 12 maanden moet aftoetsen indien uw gebruik overeenkomt met een blootstellingscenario.
Uiteraard stopt het niet bij de risicoanalyse, werknemers moeten informatie krijgen en instructies opgemaakt worden, CBM en PBM moeten voorzien zijn en waar mogelijk kies je voor minder gevaarlijke alternatieven en wens je ook controle te houden over instroom van nieuwe producten, borg dan ook je aankoopprocedure!